In de jaren 1960 en 1961 verscheen er in kindertijdschrift Kris Kras een vervolgverhaal over de Nieuwmarktbuurt: de blaaspijpers van de montelbaan, geschreven door jo elsendoorn. Later is het uitgeveven in boekvorm.
Naar de digitale bibliotheek van de Nederlandse letteren
In een artiel genaamd De Blaaspijpers van de Montelbaan, monument voor de Nieuwmarktbuurt
van Renée Simons vertelt de schrijver over de buurt en het ontstaan van het boek. Er staan ook enkele fragmenten in.
het verhaal over deze geheimzinnige buurt heef indertijd grote indruk op me gemaakt
In 2019 was onderstaand geïllustreerde gedicht over de drukte en de gekte in de buurt te vinden in de vitrines van de Sint Antoniesbreestraat.
Het gedicht is met de illustraties uitgegeven in boekvorm dichter bij de nieuwmarkt dat verkrijgbaar was bij boekwinkels in de buurt
isbn 878 90 9032068 7
Kom je bij mij in de buurt
Dan zie je
Hoe een prosituee
Een grachtenpand huurt
Hoe een
Fietstaxi zich langs auto’s stuurt
Daarbij wat snijdt en schuurt
Bij mij in de buurt
Hier spelen kinderen op straat
Daar waar dat eigenlijk niet gaat
Je ziet overal een bordje ‘hotel’ staan
Etalages vol met potjes nutella
Straten zijn gemaakt op paard en wagen
Elke file die hier staat die -zo lijkt het- dan dagen duurt
Bij mij in de buurt
Als ik vertel waar ik woon zegt men
‘Het zal er wel druk zijn
Het zullen wel drugs zijn’
Die je overal kunt kopen
Je ziet junks en dealers lopen
Maar dat is de verleden tijd
Deze buurt is historie
Meer vergane misère dan glorie
Een hippe hotspot in het heden
Maar er is hier geleden, gestreden
De verhalen zijn duister
Geen buizen maar huizen
Mensen gingen op de vuist
Maar de metro is door blijven suizen
De joden die hier woonden
Velen verdwenen voorgoed
Wat rest van hun verleden is slechts een tegeltje
Nog niet de grootte van een voet
Dit is niet de buurt van het bloot, het blowen, het fastfood eten
Dit is de wijk waar men van geen wijken wilde weten
Waar met tegen de nieuwbouw in de Nieuwmarkt vocht
En voor de Pintobieb die niet blijven mocht
De demonstranten, herrieschoppers, of juist helden
Die vlak voor de Waag hun leven in de waagschaal stelden
In wat nu het vrije centrum is, niet langer ommuurd
Dat is mijn buurt
Ervaar het zelf in 1011
Probeer de sfeer van de straten te voelen
Van de Geldersekade tot aan de Doelen
Geniet van de geschiedenis zoalng ze nog duurt
In onze buurt
Fausto van Broekland
Pogrom
Is dat de maan, die naar het laatst kwartier gaat,
of een gelaat, omgord door walm en vlam?
Waar is Berlijn, en waar de Grenadierstraat?
– Vluchtte de jongen, toen de bende kwam?
Is dat zijn schim, die daar voor de rivier staat,
is dit het water dat hem langzaam nam,
is dit de Spree, en dat de Grenadierstraat?
– Het is de Amstelstroom, ’t is Amsterdam.
Op ’t Rembrandtsplein gaan de lantarens branden,
over de daken sproeit een lichtfontein.
– Ik druk mijn nagels dieper in mijn handen.
De Jodenbreestraat is een diep ravijn;
ik zie mijn schaduw dansen op de wanden.
– Het is maar tien uur sporen naar Berlijn.
Ed Hoornik (1938)
Opmerking: geschreven naar aanleiding van de Kristalnacht (9 november 1938). De Grenadierstrasse was een straat in het hart van de Berlijnse jodenbuurt, een soort Berlijnse Jodenbreestraat. De straat heet nu Almstadtstrasse, maar is onherkenbaar. De Spree is de Berlijnse Amstel.